Liturgie
Dienst 7 september 2025
Liturgie 7 september 2025
Confrontatie met een nieuw begin
Inloop vanaf 10:30 uur
Aanvangstijd: 11:00 uur
Voorganger: Mw. M. Folbert uit Ternaard
Oppas
Koffie verzorgd door: familie Kramer
Organist: Piet van Zuiden
Lied voor de dienst: Heer U bent mijn leven
Mededelingen ouderling
Aanvangswoord
Intochtslied: 273:1, 2 en 3 Loof God, die zegent al wat leef
1 Loof God, die zegent al wat leeft,
der heem'len Heer is Hij,
die tussen ons zijn woning heeft.
Die ver is, is nabij.
2 Loof God, Hij stuurt het schip der kerk,
dat naar de morgen vaart.
Hij is de hartslag van ons werk,
Hij houdt het welbewaard.
3 Loof God, zijn vinger wijst ons aan,
een toren in de tijd,
dat het ten hemel toe moet gaan,
en gaat in eeuwigheid.
Stil gebed
Bemoediging en groet
Kyriëgebed
Zingen: Psalm 86: 2 en 4 Ja tot U hef ik mijn leven
Ja tot U hef ik mijn leven,
Gij zijt mild om te vergeven,
rijk in goedertierenheid
voor een hart dat tot U schreit.
Heer, neem mijn gebed ter ore,
wil mijn luide smeken horen.
In het bitterste getij
roep ik en Gij antwoordt mij.
Leer mij naar uw wil te handlen,
laat mij in uw waarheid wandlen.
Voeg geheel mijn hart tezaam
tot de vrees van uwen naam.
Heer mijn God, ik zal U loven,
heffen 't ganse hart naar boven.
Ja, uw naam en majesteit
loof ik tot in eeuwigheid.
Leefregel: Deuteronomium 30: 15-20
15 Besef goed, vandaag stel ik u voor de keuze tussen voorspoed en tegenspoed, tussen leven en dood. 16 Wanneer u zich houdt aan de geboden van de HEER, uw God, zoals ik ze u vandaag heb gegeven, door Hem lief te hebben, door de weg te volgen die Hij wijst, en zijn geboden, wetten en regels in acht te nemen, dan zult u in leven blijven en in aantal toenemen, en dan zal de HEER, uw God, u zegenen in het land dat u in bezit zult nemen. 17 Maar als u Hem de rug toekeert en weigert te luisteren, als u zich ertoe laat verleiden neer te knielen voor andere goden en die te vereren, 18 dan zeg ik u op voorhand dat u te gronde zult gaan. Dan zal u aan de overkant van de Jordaan, in het land dat u in bezit zult nemen, geen lang leven beschoren zijn. 19 Ik roep vandaag hemel en aarde als getuigen op: u staat voor de keuze tussen leven en dood, tussen zegen en vloek. Kies voor het leven, voor uw eigen toekomst en die van uw nakomelingen, 20 door de HEER, uw God, lief te hebben, Hem te gehoorzamen en Hem toegedaan te blijven. Dan zult u lang blijven wonen in het land dat Hij uw voorouders Abraham, Isaak en Jakob onder ede heeft beloofd.’
Gebed van Teresa van Avila
Gebed om de hulp van Gods Geest
Lezen: Psalm 1
Vers 1
Welzalig hij, die in der bozen raad
Niet wandelt, noch op 't pad der zondaars staat,
Noch nederzit, daar zulken samenrotten,
Die roekeloos met God en godsdienst spotten;
Maar 's HEEREN wet blijmoedig dag en nacht
Herdenkt, bepeinst, en ijverig betracht.
Vers 2
Want hij zal zijn gelijk een frisse boom,
In vetten grond geplant bij enen stroom,
Die op zijn tijd met vruchten is beladen,
En sierlijk pronkt met onverwelkte bladen;
Hij groeit zelfs op in ramp en tegenspoed;
Het gaat hem wel; 't gelukt hem, wat hij doet.
Vers 3
Gans anders is 't met hem, die 't kwaad bemint;
Hij is als kaf, dat wegstuift voor den wind;
Geen zondaar zal 't gewis verderf ontkomen,
Als in 't gericht door God wordt wraak genomen;
Hij, die van deugd en godsvrucht is ontaard,
Zal niet bestaan, waar 't vrome volk vergaârt.
Vers 4
De HEER toch slaat der mensen wegen gâ,
En wendt alom het oog van Zijn genâ,
Op zulken, die, oprecht en rein van zeden,
Met vasten gang het pad der deugd betreden;
God kent hun weg, die eeuwig zal bestaan,
Maar 't heilloos spoor der bozen zal vergaan.
Zingen: Opwekking 244 welzalig de mens die niet wandelt
Welzalig de man die niet wandelt
In de raad der goddelozen
Die niet staat op de weg der zondaars
Noch zit in de kring der spotters
Maar aan des Heren wet
Zijn welgevallen heeft
En diens wet overpeinst
Bij dag en bij nacht
Want hij is als een boom
Geplant aan waterstromen
Die zijn vrucht geeft op tijd
Welks loof niet verwelkt alles gelukt
Welzalig de man die niet wandelt
In de raad der goddelozen
Die niet staat op de weg der zondaars
Noch zit in de kring der spotters
Maar aan des Heren wet
Zijn welgevallen heeft
En diens wet overpeinst
Bij dag en bij nacht
Want hij is als een boom
Geplant aan waterstromen
Die zijn vrucht geeft op tijd
Welks loof niet verwelkt alles gelukt
Lezen: Lucas 14: 25-33
Het volgen van Jezus
25 Grote mensenmenigten trokken met Jezus mee. Hij wendde zich tot hen en zei: 26 ‘Wie Mij volgt, maar niet breekt met zijn vader en moeder en vrouw en kinderen en broers en zussen, ja zelfs met zijn eigen leven, kan niet mijn leerling zijn. 27 Wie niet zijn kruis draagt en achter Mij aan komt, kan niet mijn leerling zijn.
28 Want wie van jullie die een toren wil bouwen gaat niet eerst de kosten berekenen, om te zien of hij wel genoeg heeft voor de bouw? 29 Als hij het fundament gelegd heeft maar de bouw niet kan voltooien, zal iedereen die dat ziet hem uitlachen 30 en zeggen: “Die man begon te bouwen, maar afmaken kon hij het niet.” 31 En welke koning die eropuit trekt om met een andere koning oorlog te voeren, zal niet eerst bij zichzelf te rade gaan of hij wel met tienduizend man kan optrekken tegen iemand die met twintigduizend man tegen hem oprukt? 32 Als hij dat niet kan, stuurt hij eerst, wanneer de troepen nog ver van elkaar verwijderd zijn, een gezant om naar de voorwaarden voor vrede te vragen. 33 Zo geldt ook voor jullie: wie geen afstand doet van al zijn bezittingen, kan mijn leerling niet zijn.
Zingen: 845: 1 en 3 Tijd van vloek en tijd van zegen
Tijd van vloek en tijd van zegen,
tijd van droogte, tijd van regen,
tijd van oogsten, tijd van nood,
tijd van stenen, tijd van brood,
tijd van liefde, nacht van waken,
uur der waarheid, dag der dagen,
toekomst die gekomen is,
woord dat vol van stilte is.
Wie aan dit bestaan verloren
nieuw begin heeft afgezworen,
wie het houdt bij wat hij heeft
sterven zal hij ongeleefd.
Tijd van leven om met velen
brood en ademtocht te delen.
Wie niet geeft om zelfbehoud,
leven vindt hij honderdvoud.
Verkondiging
Zingen: 313: 2, 3 en 4 God opent hart en oren
2: God opent hart en oren,
opdat wij in geloof
zijn roepstem zouden horen,
voor and're stemmen doof.
Gods woord gordt mensen aan,
om zonder te versagen
het smalle pad te gaan
en stil het kruis te dragen
achter hun Heiland aan.
3: De geesten onderscheiden,
gaf God ons als gebod;
wie 't woord der waarheid mijden,
weerstaan het rijk van God.
Hoe bouwen zij op zand!
Straks zal hun huis bezwijken,
't houdt in de storm geen stand.
Dan zal aan ieder blijken
der dwazen onverstand.
4: Maar wie op 't woord vertrouwen
dat uitging uit Gods mond,
die kunnen veilig bouwen,
hun huis heeft vaste grond.
Des Heren woord maakt vrij
van dienst aan vreemde machten;
in 't woord herkennen wij
zijn plannen en gedachten.
Het rijk is ons nabij!
Dank en voorbede en , persoonlijk stil gebed en afsluitend
gezamenlijk Onze Vader
Inzameling van de gaven
Slotlied: 315: 1 en 2 Heb dank o God van alle leven
Heb dank, o God van alle leven
die zijt alleen Uzelf bekend
dat Gij uw woord ons hebt gegeven
uw licht en liefd’ ons toegewend
Nu rijst uit elke nacht uw morgen
Nu wijkt uw troost niet meer van de aard’
En wat voor wijzen bleef verborgen
werd kinderen geopenbaard
En of een mens al diep verloren
en ver van U verzworven is
Gij noemt zijn naam, hij is herboren
vernieuwd door uw getuigenis
Uw woord, dat spreekt in alle talen
heeft uit het graf ons opgericht
doet ons in vrijheid adem halen
en leven voor uw aangezicht
Zegen